donderdag 18 februari 2010

Verslag afgelopen 3 lessen

In de eerste les van AV heb ik geleerd wat een establishing shot, een medium shot
en een close up is.
We hebben ook zelf foto's op het internet gezocht. Daarnaast moesten we zelf een stripverhaal tekenen waarin we die drie shots erin moesten verwerken.

In de tweede les moesten we zelf een filmpje maken waarin je moest laten zien hoe je iets maakt. Er moest eerst natuurlijk wel een storyboard getekend worden.

In de derde les hebben we de volgende begrippen geleerd:
High angle:
In een film wordt een high angle meestal herkent als de camera boven de ooghoogte is gefilmd.
Low angle:
Een camera shot van een geplaatst camera laag op de verticale as, overal onder de ooghoogte, die naar boven gericht is.
Vogelvlucht: Er wordt van bovenaf gefilmd. Een voorbeeld is dat het vanuit een helikopter gefilmd wordt. Hierdoor lijkt iemand of iets kleiner.
Ooghoogte: Dezelfde hoogte als wanneer je naar een foto of film kijkt.
Kikvors:
Er wordt dan van onderaf gefilmd.
Dutch angle: Een filmtechniek waarbij de camera wordt gedraaid.
Point of view:
Een angle waarbij de kijker van een film ziet wat er door de ogen van de acteusr in een film gebeurd/te zien is.
Rijder:
Een camerabeweging waarbij de camera wordt bewogen naar een richting die je zelf kiest d.m.v. bijvoorbeeld een karretje, waar de camera op wordt 'geplakt'.
Tilt:
De camera beweegt verticaal vanuit een vast standpunt.
Pan: De camera wordt horizontaal bewogen, ook vanuit een vast standpunt.